Haal de lamsbout een uur voor de bereiding uit de koelkast om op kamertemperatuur te komen.
Verwarm de oven voor op 185°C.
Snijd de citroenen in 4 dikke schijven en brand elke kant aan met een bunsenbrander. Dit gaat een intense, gekarameliseerde smaak geven aan de saus en het vlees.
Schik enkele citroenschijven onder het opbindtouw van de lamsbout en plaats deze in een ovenschaal samen met de overige citroenschijven.
Pel de sjalotten, snijd ze doormidden, en verdeel ze samen met de gehalveerde chilipepers, de ongepelde teentjes knoflook, en verse oregano rond de lamsbout. Besprenkel het geheel met olijfolie en leg er enkele sneetjes boter bovenop.
Gebruik een kernthermometer ingesteld op 58°C voor een perfect rozé resultaat.
Bak ongeveer 35 tot 40 minuten per kg op 185°C in de voorverwarmde oven. Overgiet regelmatig met het braadvocht.
Haal de lamsbout uit de ovenschaal, verwijder het touw, en houd het vlees warm. Giet wat vet af, pers de gegaarde knoflook uit de schil, druk het sap uit de citroenen en verwijder samen met de chili en de oreganotakjes.
Zet de ovenschaal op het vuur, voeg de kalfsfond toe, en laat het geheel even inkoken. Voeg een extra klontje boter toe en breng op smaak met peper en zout.
Snijd de lamsbout in dunne plakken en serveer met de saus.
Serveer bijvoorbeeld met gratin dauphinois en een witloofslaatje.